Ik staar naar een tribunetrapje van de plaatselijke voetbalclub de Vroomshoopse Boys. Erik, de fantastische krachttrainer die me tijdens de revalidatie eens per week tot het uiterste drijft op de groene velden, vraagt me om in sprongen naar boven te huppen. Het zijn treden van ongeveer vijftien centimeter hoog. Met twee benen? Geen enkel probleem. Met links? Eitje. Maar met rechts… Ik ben nu vijf maanden aan het revalideren van een voorste kruisbandblessure en ik vind het maar een akelige opdracht. Springen is een fysiek lastig karwei, omdat de pees die de klappen van het landen moet opvangen (patella pees) bij mij voor één derde is weggehaald voor de reconstructie. Maar de grootste drempel is toch wel een mentale zaak: ik ging eind december 2017 door mijn knie tijdens een landing. Dus dit roept direct een flashback op van formaatje Heb Ik Jou Daar. Met bijbehorende gedachte: dit gaat me vast niet lukken.
Angst is een slechte raadgever. Niet alleen in tijden van revalidatie, maar ook gedurende trainingen en wedstrijden met een geheel fit lichaam. Libero’s die bang zijn voor de vloer, voor botsingen met anderen, voor fouten of voor blunders… Dergelijke gedachten leiden tot onzeker gedrag en dus tot trager handelen. Het springen over een klif lukt je immers alleen als je er vól voor gaat. Als je je een beetje inhoudt, beland je in het ravijn. Hoe we verwachten dat dingen gaan, kan een grote invloed hebben op de uitkomst van iets. In de psychologie ook wel selffulfilling prophecy (zelfvervullende voorspelling) genoemd. Doordat je bang bent voor een ketser, overkomt het je ook.
Hoe kan je dit doorbreken? Bewustwording speelt hierin een belangrijke rol. Bewustwording van jouw voorspelling én van je gedrag. Wanneer zet je door? Welke excuses bedenk je voor je zelf? Erik helpt me hier op moeilijke momenten aan herinneren. Zelfvertrouwen, een andere voorspelling dus, is volgens hem de basis van succes. Met positieve woorden weet hij me ervan te overtuigen dat ik de berg in de vorm van die trap kan wel degelijk kan beklimmen. Met een diepe teug frisse lucht zet ik mijn verstand op nul en wat blijkt? Na twintig sprongen met mijn rechterbeen sta ik boven op de tribune van de plaatselijke FC.